door admin | Nov 3, 2016 | Logistics, TMS, Transport
eConnect, the samenwerkingsplatform voor het delen en monitoren van transportopdrachten, breidt zijn functionaliteit uit door het bi-directioneel uitwisselen van data d.m.v. de GS1 standaard.
Het doel van GS1 is het voorzien van wereldwijde standaarden voor de identificatie, registratie en delen van informatie, om op die manier een efficiënte logistieke keten op te bouwen. Door het aanreiken van globale standaarden binnen bepaalde sectoren, worden de implementatie van processen en standaarden gefaciliteerd. Meer informatie kan men hierover vinden op de GS1 website.
Digitalisering is een sociale, economische en technische trend die zijn effect heeft op verschillende bedrijfssectoren. Data is niet alleen het resultaat van processen en statussen die verzameld en bewerkt worden, alsook dient het niet enkele als middel voor het inplannen van resources, producten of processen. Meer en meer wordt de data zelf een product en vormt het de basis voor analyses en een strategisch middel om nieuwe innovatieve processen op te starten. Industrial Data Space geeft de ondernemingen een werkmiddel waarmee ze de manier waarop data wordt behandeld kunnen vorm geven door middel van moderne bedrijfsmodellen. Inderdaad, er bestaan oplossingen of zelfs standaarden voor specifieke use-cases op individueel niveau. Toch is dit niet het antwoord op de vraag rond overheidsarchitectuur. Industrial Data Space voorziet nu de eerste architectuur die samen met de gebruikers is ontwikkeld, die een internationaal geaccepteerde standaard omvat, en alles combineert wat men verwacht.
De combinatie van GS1 en IDS – die nu geïntegreerd wordt binnen het eConnect platform – leidt tot een platform voor het uitwisselen en delen van data in de logistieke sector op een gestandaardiseerde manier en geaccepteerd is binnen heel van industrieën. Vandaag wordt daarom het eConnect platform met deze standaarden uitgerold binnen één van de grootste staalbedrijven in Duitsland.
Bron: http://eurotracs.com/nl/ Datum: 03/11/2016
door admin | Okt 6, 2016 | Logistics, TMS, Transport
Iedereen is het over eens dat de parkeercapaciteit voor vrachtwagens ontoereikend is. Dit heeft de goeverneur van Oost-Vlaanderen Jan Briers echter niet belet om te beslissen om de parking ter hoogte van Drongen langs de E 40, die nota bene enkele maanden geleden van de Vlaamse overheid nog het keurmerk “Kwaliteitsparking 206” kreeg, vanaf maandag 3 oktober te sluiten.
Na Westkerke in juni 2014 is dit nu al de tweede parking langs de E40 die gesloten wordt. Febetra vindt die evolutie heel onrustwekkend. Als dit zo verder gaat, blijft er straks geen enkele parking richting Calais of Zeebrugge meer over, waar vrachtwagenchauffeurs in alle veiligheid en op een comfortabele manier kunnen rusten.
De ervaring heeft bovendien geleerd dat zogenaamde tijdelijke sluitingen, uiteindelijk sluitingen sine die worden. De parking van Westkerke zou aanvankelijk ook slechts zes maanden gesloten blijven. Meer dan twee jaar later, kan Febetra alleen maar vaststellen dat de parking in Westkerke nog altijd niet heropend werd. Febetra vreest dan ook dat de sluiting van de parking in Drongen definitief is, ook al is er officieel slechts sprake van een periode van een maand. Het doodleuk sluiten van parkings is volgens Febetra niet het juiste antwoord op de problematiek van transmigrantie. Migranten die koste wat het kost Engeland willen bereiken, zullen hoogstwaarschijnlijk op andere parkings post gaan vatten.
Als de overheid van vrachtwagenchauffeurs verwacht dat ze stipt hun rij-en rusttijden naleven, dan moet ze er logischerwijze ook voor zorgen dat de nodige infrastructuurcapaciteit voorhanden is waar ze hun rust in alle veiligheid en op een comfortabele manier kunnen nemen. Met de opbrengsten van de kilometerheffing moet het trouwens perfect haalbaar zijn om de veiligheid op zogenaamde “probleemparkings” te verbeteren enerzijds en om middelen te investeren in extra parkeercapaciteit anderzijds.
Bron: transportmanagement.be– Date: 04/10/2016
door admin | Sep 27, 2016 | Logistics, TMS, Transport
Orderpicken in magazijnen kan aanzienlijk sneller door een zogenaamd melkrondesysteem, waarbij de picker voortdurend vaste rondes maakt door het magazijn. Dat geldt vooral voor magazijnen waar de orders snel na elkaar binnenkomen, zo onderzocht promovendus Jelmer van der Gaast van Rotterdam School of Management.
Van der Gaast ontwikkelde modellen die ontwerpers kunnen gebruiken om de prestaties van orderpicksystemen te controleren en te verbeteren. De promovendus onderzocht eerst hoe picksystemen in naar zones opgesplitste magazijnen geoptimaliseerd kunnen worden. In elke zone verzamelen pickers goederen die ze vervolgens naar een centraal verzamelpunt brengen. Dit stelt magazijnontwerpers voor diverse uitdagingen. Hoe groot moet elke zone bijvoorbeeld zijn? Welke goederen sla je in welke zone op? En in welke hoeveelheden?
Onvoorspelbare orderstromen in magazijnen voor online orders
Vooral in e-commerce magazijnen is er sprake van onvoorspelbare pieken in de orderstroom. In zijn onderzoek ontwikkelde Van der Gaast daarom een analytisch model dat kan voorspellen hoe een specifieke indeling zal presteren, zelfs als er sprake is van schommelende orderstromen. Hij controleerde zijn resultaten aan de hand van datasets uit een bestaand magazijn. Daaruit blijkt dat zijn model de efficiëntie van een picksysteem zeer nauwkeurig voorspelt. Dat maakt het volgens de onderzoeker een handig hulpmiddel voor het testen van nieuwe systemen.
Melkrondesysteem
Het ‘melkrondesysteem’ of ‘milk run’ is een relatief nieuwe aanpak van het orderpicken. De picker maakt voortdurend rondes door het magazijn, en neemt onderweg goederen mee die hij aan het eind van elke ronde bij het verzamelpunt aflaadt. Zodra er een nieuwe klantorder binnenkomt, wordt die onmiddellijk doorgegeven aan de picker op de werkvloer. De eerstvolgende keer dat hij tijdens zijn ronde langs de opslaglocatie komt, neemt hij het artikel mee.
Dit melkrondesysteem heeft het voordeel dat de orderpickers minder tijd nodig hebben om een bestelling te verzamelen. Om over te stappen van een traditioneel systeem naar de ‘milk run’ zijn er wel extra investeringen nodig. De berekeningen van Van der Gaast laten zien dat orderpicking met het melkrondesysteem een aantrekkelijke en aanzienlijk snellere methode is wanneer de orders snel na elkaar binnenkomen, vooral als de producten op een efficiënte manier liggen opgeslagen.
door admin | Sep 27, 2016 | Logistics, Transport
Vanmorgen is in ons land voor het eerst een zogenaamde ‘platoontest’ uitgevoerd met een colonne van 35 zogenaamde semi-zelfrijdende wagens. De test was een initiatief van verzekeringsmakelaar en risico-adviseur Aon, om meer bekendheid te geven aan de werking van de zelfrijdende wagens.
De 35 wagens reden in groepjes van vijf vanuit Diegem naar Bornem, en terug. Autoconstructeurs Audi, BMW, Mazda, Mercedes, Toyota, Volkswagen, Volvo en Tesla stellen voor de gelegenheid auto’s ter beschikking.
De test moet bekijken hoe rijhulpsystemen het autorijden veiliger kunnen maken. Bijvoorbeeld een noodremsysteem, een cruise control die zich aanpast aan de snelheid van de voorligger, of een systeem voor rijvakbeweging.
“Wagens betere chauffeurs”
Ook Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts (N-VA) reed mee. “Als we effectief iets willen doen tegen de vierhonderd verkeersdoden die ieder jaar vallen in Vlaanderen, dan is dit een goede oplossing. Negentig procent van de ongevallen wordt veroorzaakt door een menselijke fout en computers zijn betere chauffeurs”, aldus Weyts. De verzekeraar is niet aan zijn proefstuk toe en organiseerde in Nederland al in maart een gelijkaardige test. Die is toen vlekkeloos verlopen.
Bron: nieuws.vtm.be Date: 14/09/2016
door admin | Sep 15, 2016 | Logistics, Transport
Een supertruck inzetten leidt tot een daling van de CO2-uitstoot met 21 tot 25 procent. Dat blijkt uit de eerste tests met deze lange vrachtwagens, ook wel ecocombi genoemd.
Brouwer AB InBev en transportbedrijf Ninatrans laten sinds begin 2015 een ecocombi rijden tussen Heverlee en Antwerpen. In november volgde een tweede supertruck bij transportfirma Gilbert De Clercq.
De supertrucks rijden rond in het kader van een proefproject van de Vlaamse overheid. Twee ecocombi’s, ook wel langere en zwaardere vrachtwagens (LZV) genoemd, vervangen drie gewone vrachtwagens. Omdat er minder ritten nodig zijn, daalt ook de totale uitstoot.
Bij AB InBev en Ninatrans werd in anderhalf jaar tijd door het gebruik van de ecocombi bijna 20 ton CO2 minder uitgestoten in vergelijking met het gebruik van de klassieke truck op dat traject. De supertruck rijdt op een vast traject tussen Heverlee en logistiek bedrijf Katoen Natie in de Antwerpse haven. “In anderhalf jaar tijd werden 418 vrachtwagenritten uitgespaard. Dit is een daling van 32 procent in vergelijking met de inzet van klassieke vrachtwagens”, klinkt het.
Bij Gilbert De Clercq is er volgens zaakvoerder Filip De Clercq sprake van een CO2-reductie van ongeveer 25 procent met de supertruck die een traject aflegt in de Antwerpse haven.
Vergunning verlengd
In juli verlengde het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) na een positieve evaluatie de vergunning van de twee supertrucks met twee jaar tot eind juni 2018. Na afloop volgt dan een grondige evaluatie en aan de hand van die oefening zal Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts beslissen of er een tweede projectoproep komt, zegt het AWV.
Transport De Clercq is sowieso geïnteresseerd wanneer er een tweede projectoproep zou volgen. Idem bij AB InBev: “Wij zijn altijd pioniers geweest in het zoeken naar innovatieve oplossingen om de daling van de C02-uitstoot in onze logistieke activiteiten terug te dringen. Indien er dus een tweede project wordt uitgeschreven dan zijn we zeker geïnteresseerd”, zegt woordvoerder Korneel Warlop.
Bron: deredactie Date: 15/09/2016